2 juli 2009

Lange tenen en Apollos

Dominee stond op mijn tenen.

De spotlights waren gericht op Apollos (Hd 18). Een geestdriftig man, doorkneed in de Schriften. Hij was 'alleen bekend met de doop zoals Johannes die had verricht'. Alleen... hij moest nog wat meer bekeerd worden. Tot nu toe was er 'alleen nog maar' sprake van een toeleidende weg.
Mijn vragen hierbij:
1. Hoe ziet hij de verhouding OT/NT? Waren de gelovigen in OT-tijd dan zo anders? Het enige verschil is dat zij uitzagen naar vervulling en dat wij weten van vervulling.
2. Hoe kijkt hij aan tegen de laatste zin: hij preekte nu dat Jezus de Messias is. Dit bevestigt mijn opmerking uit punt 1. Apollos preekte: de belofte van God wordt binnenkort werkelijkheid. En nadat hij op de hoogte is gebracht door Aquilla en Priscilla wordt dat: de belofte is vervuld. Vandaar de pointe in de laatste zin.
3. Het lijkt mij goed om dan ook nog eens te kijken naar de boodschap van De Doper. Wat namelijk opgemerkt wordt over Apollos geldt dan ook voor Johannes. Apollos geeft zijn boodschap door. En die boodschap was: Ik doop met water,’ antwoordde Johannes. ‘Maar in uw midden is iemand die u niet kent, hij die na mij komt – ik ben het niet eens waard om de riemen van zijn sandalen los te maken.’
4. Het gebruik van andere vertalingen zoals de NBV hadden wellicht dit kunnen voorkomen?
De afbeelding is een deel uit het Isenheimer Altaarstuk van Matthias Grünewald (ca. 1480 – 1528)
olieverf op paneel — 1510-1515 Museum Unterlinden, Colmar

Geen opmerkingen: